rouw liefde verdriet

Liefde en verlies: ze horen bij elkaar (hoe kwetsbaar dat ook kan voelen)

Liefde en verlies. Hoe graag je dat misschien ook wilt, je kunt ze niet los van elkaar zien. Hoe meer je liefhebt, hoe groter het risico dat je pijn zult voelen. Hoe dieper je iemand in je hart toelaat, hoe intenser het verlies van diegene zal voelen. Juist die kwetsbaarheid en intensiteit maakt liefde alleen maar krachtiger. Zonder dat risico zou liefde minder waardevol zijn. Minder echt. Je bent bereid je hart te openen en maakt jezelf daarmee ook vatbaar voor intense pijn.

En dat is precies wat liefde zo rauw en prachtig maakt. Het feit dat je bereid bent alles te voelen – de vreugde, de verbinding, de warmte – ook al weet je dat het ooit kan omslaan in verdriet. Liefde vraagt niet om garanties. Het vraagt om moed. De moed om je open te stellen, ondanks de wetenschap dat het je ook zal kunnen breken.

Als dat moment komt, als je iemand verliest, voelt het alsof de wereld even stilvalt. Alsof de grond onder je voeten wordt weggeslagen.

Alles wat zo vanzelfsprekend was – hun stem, hun aanwezigheid, de kleine gebaren – is ineens weg. Wat overblijft, is een leegte die je bijna niet kunt bevatten. Een snijdende stilte op de plek waar eerst liefde klopte.

Die pijn… het laat ook iets zien. Het is het bewijs van hoe diep je hebt gevoeld, hoeveel die persoon voor je heeft betekend. Hoe nauw verbonden jij je met diegene hebt gevoeld. Je hebt iets heel bijzonders mogen ervaren.

Verdriet is de keerzijde van liefde, en hoe groter het verdriet, hoe groot de liefde is geweest. Het is alsof het universum je wil laten zien: dit doet pijn omdat het zoveel waard was. Of omdat je bereid bent geweest je volledig te geven.

Tegelijkertijd kan het verlammend zijn. Het gevoel dat je nooit meer helemaal heel zult worden. Dat je nooit meer op dezelfde manier zult liefhebben. Dat er een deel van jou is afgestorven.

Wat als dat juist het punt is? Wat als de liefde – zelfs in haar afwezigheid – altijd blijft? Niet zoals je wilt, niet zoals het was, maar als een stille aanwezigheid in wie je bent geworden door die liefde. Dat het je op diepere lagen laat voelen.

Het verlies verandert je. Het haalt je uit balans, en het leert je ook anders kijken. Naar jezelf, naar de mensen om je heen, naar wat je écht belangrijk vindt. Het dwingt je om dieper te voelen, om te reflecteren, om op een andere manier te leren liefhebben. Misschien wel intenser, dankbaarder voor de kleinere dingen, omdat je nu weet wat het betekent om het te verliezen.

De vraag is niet hoe je pijn kunt vermijden, maar hoe je het kunt toelaten. Hoe je kunt blijven liefhebben, zelfs als je weet dat je ooit zult kunnen verliezen.

Uiteindelijk is het dat wat liefde zo ongelooflijk krachtig maakt. Dat je het ondanks alles ervoor durft te blijven kiezen. Steeds en steeds opnieuw.

Ik heb lange tijd gedacht dat ik me niet zo open had moeten stellen. Dat ik mezelf beter had moeten beschermen. Ik had zoveel gegeven, mezelf helemaal opengesteld, terwijl de ander daar niet respectvol mee is omgegaan. Het voelde alsof ik mezelf had verloren in die liefde.

Maar nu, met wat afstand, zie ik het anders. Het feit dat ik me zo open heb durven geven, dat ik vanuit puurheid en liefde in die relatie stond, laat zien wie ik ben. Dat neemt niemand mij af. Ik heb gevoeld hoe groot mijn vermogen is om lief te hebben, om te blijven ook als het moeilijk wordt, en dat is een kracht. Misschien is het juist dát wat verlies me heeft laten zien: dat ik ondanks alles zoveel liefde in me draag. En dat dat één van de mooiste dingen is die ik in mezelf mag koesteren

Laat dat liefdevolle deel in jezelf nooit vervagen door wat een ander doet of laat. Jouw vermogen om te beminnen, om naast iemand te blijven staan, zelfs als het stormt, is iets kostbaars. Het is jouw licht, iets wat je diep van binnen draagt en wat niemand je ooit kan afnemen. Die liefde die je geeft? Die gaat niet over de ander. Het zegt alles over wie jíj bent.